Responsive image

Artikel 8 Beëindiging van feitelijke negatieve effecten

Download de app voor meer functionaliteit.

Artikel 8 Beëindiging van feitelijke negatieve effecten

1. De lidstaten zorgen ervoor dat ondernemingen passende maatregelen nemen om een einde te maken aan feitelijke negatieve effecten die uit hoofde van artikel 6 geïdentificeerd zijn of hadden moeten zijn, overeenkomstig de leden 2 tot en met 6 van dit artikel.

2. Indien aan de negatieve effecten geen einde kan worden gemaakt, zorgen de lidstaten ervoor dat de ondernemingen de omvang van die effecten tot een minimum beperken.

3. Van de ondernemingen wordt verlangd dat zij, in voorkomend geval, de volgende maatregelen nemen:

a) de negatieve effecten neutraliseren of de omvang ervan tot een minimum beperken, onder meer door het betalen van schadevergoeding aan de getroffen personen en van een financiële compensatie aan de getroffen gemeenschappen. De maatregel staat in verhouding tot de ernst en de omvang van het negatieve effect en tot de mate waarin het gedrag van de onderneming tot het negatieve effect heeft bijgedragen;

b) indien het negatieve effect niet onmiddellijk kan worden beëindigd, een corrigerend actieplan opstellen en uitvoeren met redelijke en duidelijk omschreven tijdschema’s voor maatregelen en kwalitatieve en kwantitatieve indicatoren voor het meten van verbeteringen. In voorkomend geval, wordt het corrigerende actieplan opgesteld in overleg met belanghebbenden;

c) trachten contractuele garanties te verkrijgen van een directe partner waarmee zij een gevestigde zakelijke relatie hebben, dat deze ervoor zal zorgen dat de gedragscode en, zo nodig, een corrigerend actieplan wordt nageleefd, onder meer door overeenkomstige contractuele garanties te verkrijgen van zijn partners voor zover hun activiteiten deel uitmaken van de waardeketen (cascadeovereenkomsten). Wanneer dergelijke contractuele garanties worden verkregen, is lid 5 van toepassing;

d) de nodige investeringen doen, bijvoorbeeld in beheers- of productieprocessen en infrastructuur, om te voldoen aan de leden 1, 2 en 3;

e) doelgerichte en evenredige steun verlenen aan een kmo waarmee de onderneming een gevestigde zakelijke relatie heeft, indien de naleving van de gedragscode of het corrigerende actieplan de levensvatbaarheid van de kmo in gevaar zou brengen;

f) overeenkomstig het Unierecht, met inbegrip van het mededingingsrecht, samenwerken met andere entiteiten, onder meer, in voorkomend geval, om de onderneming beter in staat te stellen het negatieve effect te beëindigen, met name wanneer geen andere maatregel geschikt of doeltreffend is.

4. Ten aanzien van feitelijke negatieve effecten die niet beëindigd of voldoende gereduceerd konden worden door de in lid 3 genoemde maatregelen, kan de onderneming trachten een overeenkomst te sluiten met een partner met wie zij een indirecte relatie heeft, teneinde naleving van de gedragscode van de onderneming of een corrigerend actieplan te bewerkstelligen. Wanneer een dergelijke overeenkomst wordt gesloten, is lid 5 van toepassing.

5. De contractuele garanties of de overeenkomst moeten vergezeld gaan van passende maatregelen om de naleving te controleren. Voor een verificatie van naleving kan de onderneming een beroep doen op passende initiatieven van de sector of verificatie door een onafhankelijke derde partij.

Wanneer contractuele garanties worden verkregen van of een overeenkomst wordt gesloten met een kmo, moeten de gebruikte voorwaarden eerlijk, redelijk en niet-discriminerend zijn. Wanneer ten aanzien van kmo’s maatregelen worden genomen om naleving te verifiëren, draagt de onderneming de kosten van de verificatie door een onafhankelijke derde partij.

6. Wat betreft feitelijke negatieve effecten in de zin van lid 1 die niet beëindigd konden worden of waarvan de mate niet tot een minimum beperkt kon worden door de maatregelen van de leden 3, 4 en 5, ziet de onderneming af van het aangaan van nieuwe relaties of het uitbreiden van bestaande relaties met de partner verbonden aan of in de waardeketen waar het effect zich heeft voorgedaan, en onderneemt zij, indien de wetgeving die op hun relaties van toepassing is dit toestaat, één van de volgende maatregelen:

a) de zakelijke relaties met de partner in kwestie tijdelijk op te schorten, terwijl zij de inspanningen voortzetten om de negatieve effecten te beëindigen of de omvang ervan zoveel mogelijk te beperken, hetzij

b) de zakelijke relatie met betrekking tot de betrokken activiteiten te beëindigen indien het negatieve effect als ernstig wordt beschouwd.

De lidstaten moeten voorzien in de mogelijkheid van beëindiging van de zakelijke relatie in de onder hun wetgeving vallende overeenkomsten.

7. In afwijking van lid 6, punt b), zijn de in artikel 3, punt a), iv), bedoelde ondernemingen, wanneer zij krediet, leningen of andere financiële diensten verstrekken, niet verplicht de overeenkomst inzake het krediet, de lening of een andere financiële dienst te beëindigen indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat dit aanzienlijke schade zal toebrengen aan de entiteit waaraan deze dienst wordt verstrekt.

EY Taxlaw NL verschaft de mogelijkheid tot:
  • het full text doorzoeken van de verdragen en regelgeving met daarbij filters om het zoekgebied nader af te bakenen;
  • het full text doorzoeken van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie;
  • het kunnen sorteren van de gedelegeerde regelgeving, beleidsbesluiten en jurisprudentie op datum, titel en instantie;
Responsive image
Responsive image
  • het oproepen van artikelversies tot enige jaren terug;
  • het maken van aantekeningen op artikelniveau;
  • de creatie van dossiers voor de opslag van snelkoppelingen naar veelvuldig geraadpleegde wetsartikelen;
  • het delen via mail en sociale media van artikelteksten met desgewenst een additioneel bericht.